Onze voorouders waren tot ongeveer 10.000 jaar geleden afhankelijk van jagen en verzamelen als het ging om voedsel bemachtigen. Dit voedsel bestond uit vlees en vis, eieren wanneer die te vinden waren, wilde voorlopers van groenten die we vandaag de dag kennen en fruit en noten (oervoeding).
Wilde granen zullen ook wel eens op het menu hebben gestaan, maar zeer zeker niet in de enorme hoeveelheden die wij tegenwoordig naar binnen krijgen. We aten wat de natuur ons bood. Landbouw bestond nog niet en als je bedenkt hoeveel moeite het kost om (met de hand!) zoveel zaadjes van wilde grassen te verzamelen dat je er een volwaardige maaltijd van kunt maken voor een heel gezin (of een hele stam), dan ga je liever (blad)groenten bij elkaar zoeken
Dit veranderde zo’n 10.000 jaar geleden. Onze voorouders werden landbouwers en gingen graan verbouwen en vee houden. En langzamerhand ging het eten van graan de boventoon voeren. Uit talloze archeologische vondsten blijkt dat hiervoor wel een hoge prijs werd betaald. Mensen werden minder lang en werden zwakker als gevolg van dit nieuwe bestaan. Ik hoor je denken maar 10.000 jr. geleden dat is toch hartstikke lang geleden? Ja het is voor ons lang geleden maar voor de evolutie van de mens stelt dit niets voor. Kijk maar naar onderstaande afbeelding.
Het menselijk lichaam heeft heel veel tijd nodig om te veranderen. 10.000 jaar is tekort voor ons lichaam om zich goed aan te passen aan de hoeveelheid graan die we vandaag de dag naar binnen werken. Daarom hebben veel mensen een slechte reactie op het eten van granen, hetzij door allerlei ziekten, of simpelweg kleine ongemakken zoals een opgeblazen gevoel.
Wat zit er dan in brood dat niet broodnodig is?
Ieder levend wezen wil zich verdedigen tegen gevaar. Indien nodig bijt een hond, een paard geeft een trap, een egel zet zijn stekels op en wij als mens delen een klap uit (of erger). Een plant kan niet wegrennen of een klap uitdelen daarom hebben sommige planten stekels en doornen om zich te beschermen. Granen hebben verschillende anti nutriënten om zich te beschermen tegen schadelijke invloeden van buitenaf zoals schimmels, bacteriën ziekten en vervuiling. De belangrijkste antinutriënten zijn gluten en lectinen.
Lectinen
Als we brood, of een plak ontbijtkoek of iets anders van granen eten, komen de lectinen die hierin zitten op een gegeven moment in onze darmen terecht want ze kunnen niet worden afgebroken. Wat doen deze lectinen dan?
In onze darmen hechten zij zich aan het darmepitheel, de slijmlaag in onze darmen. Deze slijmlaag beschermt de darmwand en zit (als het goed is vol met goede darmbacteriën). Door lectinen kunnen de goede bacteriën in onze darmflora verdwijnen. Hierdoor ontstaat er minder weerstand en dus meer kans op slechte bacteriën. Ook kunnen de lectinen bacteriën verdringen door te gaan samenhechten op plaatsen die eigenlijk bedoeld zijn voor de goede bacteriën. Door het samenhechten beschadigen de lectinen indirect de darmwand wat als gevolg kan hebben dat er allergieën en zelfs auto-immuunziekten kunnen ontstaan. Daarnaast zorgt lectine er ook voor dat verschillende vitamines en mineralen niet goed opgenomen worden, waaronder vitamine D.
Maar worden de lectinen in granen niet vernietigd door ze fijn te malen, te bakken of te koken? Nee, helaas niet. Ook in gekookte voeding blijken nog lectinen aanwezig te zijn. Vooral tarwe is zeer hittebestendig (denk aan brood).
Eigenlijk maakt het niet uit wat je met het graan doet: malen, kiemen, roosteren of koken. Lectinen blijven aanwezig. Alleen zeer wit, uitgebleekt, door de fabriek getrokken witbrood. Waar kort gezegd niets meer inzet maar wel van alles aan is toegevoegd bevat geen lectinen.
Gluten
Granen bevatten ook gluten. Een wateroplosbare eiwit dat elasticiteit in deeg veroorzaak. Het zit in de meest gebruikte granen zoals tarwe, rogge en gerst. En het is ook belangrijkste ingrediënt van behangplaksel (het is maar dat je het weet). Gluten bevorderen de productie van zolunine in je darmen. Dit is het stofje dat er voor zorgt dat de Tight Junctions in je darmen open en dicht gaan. Als het voedsel in je darmen verteerd is moeten de goede voedingsstoffen via je darmen in je bloed (poortader) terechtkomen zodat ze naar de lever kunnen die deze stofjes bewerkt voor gebruik. Het zijn de Tight Junctions die stofjes doorlaten. Hiervoor moeten zij wel opengaan en het stofje zolunine zorgt hiervoor. Is er teveel zolunine dan blijven de Tight Junctions open staan waardoor ook de verkeerde (niet bruikbare en dus schadelijke) stofjes in ons bloed en lever terecht komen. Door het eten van granen, wat gluten bevat, neemt de productie van zolunine toe. Als je darmen een goede slijmlaag hebben, zijn de Tight Junctions goed beschermd tegen teveel aan zolunine. Maar als dit niet zo is (doordat je veel brood, muesli, crackers etc. eet) krijg je last van het eten van brood (lees gluten).
Waarschijnlijk is een derde van de mensen glutenintolerant of overgevoelig voor gluten. Je merkt dit als je last hebt van duidelijke of minder duidelijke ontstekingsreacties. Na verloop van tijd kunnen mensen die glutenintolerant zijn allerlei ellendige klachten ontwikkelen zoals huidproblemen, gewrichtspijn, vruchtbaarheidsproblemen, brandend maagzuur en andere maag- en darmproblemen,
Samengevat Ons lichaam is er nog niet op berekend om grote hoeveelheden graan op een dagelijkse basis te verwerken, sterker nog we kunnen er allerhande klachten van krijgen.
Maar hebben brood niet nodig voor….?
Vezels?
Granen bevatten vezels en deze hebben we nodig voor een goede stoelgang, toch? Ja we hebben vezels voor een goede stoelgang nodig. Maar vezels zijn echter net zo goed te vinden in allerlei groenten. Sommige groentes bevatten per gewicht zelfs meer vezels dan granen. Als je zorgt dat je genoeg groente eet per dag, dan is het dus niet noodzakelijk om granen te eten, wat betreft het binnenkrijgen van vezels.
Energie?
We moeten toch koolhydraten eten voor de energie? Vet kan door het lichaam echter net zo makkelijk als energiebron gebruikt worden als koolhydraten. Het is wel waar dat onze hersenen een kleine hoeveelheid koolhydraten per dag nodig hebben, maar die krijg je gemakkelijk met je groenten en fruit binnen. Ook kan de lever vetzuren omzetten in glucose.
Vitamines en mineralen?
Granen zouden we nodig hebben om genoeg B-vitamines binnen te krijgen. Ook voor mineralen als magnesium, ijzer en zink zou het belangrijk zijn om genoeg graanproducten te eten. Ons brood en andere graanproducten zijn zo bewerkt dat er bijna niets meer aan vitamines en mineralen inzit. Sterken nog in vlees zitten echter veel meer B-vitamines dan in granen. Dus hiervoor hoeven we granen niet aan ons dieet toe te voegen. En alle andere vitamines en mineralen die te vinden zijn in granen zijn meestal in veel grotere hoeveelheden in andere voedingsmiddelen te vinden, vooral in vlees, maar ook in veel groenten.
Andere mogelijkheden in plaats van granen
Voor mensen die geen granen kunnen of als je dit gelezen hebt niet meer of minder wilt eten zijn er wel verschillende mogelijkheden om toch gerechten klaar te maken die lijken op graanproducten, zoals brood, cake, musli en dergelijke.
Verschillende noten en zaden kunnen namelijk fijngemalen worden, waarna ze gebruikt kunnen worden in plaats van meel/bloem. Enkele voorbeelden hiervan zijn: amandelen, hazelnoten, walnoten, vruchtvlees van kokosnoten. Meng je dit met bijvoorbeeld banaan en ei dan kan je heerlijke creaties maken.
Hierbij het recept van een heerlijke banaan-appelpannenkoek waarbij geen gram graan wordt gebruikt. Met dank aan Oerspronkelijk
Banaan-appelpannekoek (1 persoon)
Benodigdheden
- 1 rijpe banaan
- 2 eieren (liefst biologisch)
- 1 eetlepel gemalen kokos
- 1 eetlepel water
- 1 appel in schijfjes gesneden
- 1 theelepel kokosvet/olie of roomboter
- Enkele nootjes
- Kaneel
Snij de banaan in plakjes en pureer deze samen met de eieren, gemalen kokos, water tot een gladde massa. Verwarm een koekenpan en laat het kokosvet/olie of roomboter smelten. Bak de appelschijfjes een paar minuten. Schenk voorzichtig het mengsel over de appelschijfjes.
Laat de pannenkoek op een laag vuur met een deksel op de pan in ongeveer 10 minuten garen. Omkeren is niet nodig, maar mag wel. Leg een bord op de pannenkoek en draai de pan voorzichtig om zodat de pannenkoek op het bord ligt. Bestrooi de pannenkoek met kaneel en wat noten. Een beetje honing erover is ook lekker.
marike
op 17 Jan 2014Monique Smit
op 17 Jan 2014